Nieuws 1 april 2021

Lokaal voedsel staat op een driesprong

Consumenten zijn hun voedsel tijdens de coronacrisis gaan herwaarderen en zien de voordelen van lokaal kopen en consumeren. Het CBS becijferde onlangs dat de markt voor korte keten producten in 2019 – 2020 steeg naar €1,5 miljard. Van die €1,5 miljard was €300 miljoen directe verkoop op het boerenerf, het overige deel kwam via één tussenstap in de keten. Daarnaast zagen ook de bakker, de groenteboer en de slager om de hoek hun omzet met 30% stijgen.

Consumenten zijn hun voedsel tijdens de coronacrisis gaan herwaarderen en zien de voordelen van lokaal kopen en consumeren. Het CBS becijferde onlangs dat de markt voor korte keten producten in 2019 – 2020 steeg naar €1,5 miljard. Van die €1,5 miljard was €300 miljoen directe verkoop op het boerenerf, het overige deel kwam via één tussenstap in de keten. Daarnaast zagen ook de bakker, de groenteboer en de slager om de hoek hun omzet met 30% stijgen. 

Over wat lokaal voedsel precies is valt lang te discussiëren: de korte keten is door de Europese Commissie gedefinieerd als een keten met maximaal één stap tussen producent en consument. In de praktijk zijn dit vaak meer schakels. Ook over de actieradius van “lokaal” zijn de meningen verdeeld. 

Korte ketens, local-2-local en andere varianten van voedsel uit de buurt zijn de niche-fase voorbij en hard op weg naar een vaste plaats bij de Nederlandse consument. Steeds meer boeren verkopen hun producten in de boerderijwinkels. Consumenten kunnen producten als fruit, sap en eieren in automaten direct bij de boer kopen. Consumenten gaan letterlijk ‘de boer op’ omdat producten van dichtbij verschillende voordelen hebben. Gepaste trots op Nederlandse producten maakt ons bewuster van het voedsel dat we eten en kan het wederzijds begrip tussen boer en consument versterken.  

Korte ketens zitten niet alleen in de lift, maar staan ook op een driesprong. Hoe gaan we vanaf dit punt ‘lokaal’ verder ontwikkelen? 

De niche laten groeien 

Korte keten initiatieven zijn groot geworden door klein te blijven. De verschillende initiatieven zoals de verkoop vanaf het boerenerf, lokale aanbieders, voedselcollectieven en voedselboxen groeien snel. Met de groei komen ook nieuwe issues naar boven. Logistiek en de afzet zijn uitdagingen geworden. Lokale ondernemers focussen nu op deze uitdagingen. De randen van dit systeem, gericht op een niche-markt, zijn bereikt. Een manier om de niche verder te laten groeien is inzetten op promotie en communicatie naar de consument, juist nu de aandacht van de consument voor lokaal voedsel groot is.

Afzet via retail 

Steeds meer retailers en lokale franchisers zetten in op lokale ketens. PLUS voerde afgelopen zomer de campagne ‘Goed eten is altijd dichtbij’. Streekproducten kunnen een enorme toegevoegde waarde hebben voor retailers. Door boeren op een podium te zetten komen er ook klanten voor ‘reguliere producten’. Uit eerder onderzoek concludeerden wij dat de systemen van de retailers, geënt op grote volumes, niet altijd goed aansluiten bij lokale ketens. Als retailer en producent elkaar beter vinden kunnen lokale ketens een grotere vlucht nemen via het traditionele kanaal naar de consument. 

Professionaliseren van de keten 

Een derde route is het professionaliseren van de keten. De hoge toegevoegde waarde van lokale producten maakt het mogelijk om te investeren in verder professionaliseren. Om ons heen zien we meer en meer lokale initiatieven die samenwerkingen aangaan om het serviceniveau te brengen naar dat van een volwassen branche. Deze beweging staat nog in de kinderschoenen, maar er is voldoende initiatief. Wij voorspellen dat de groei van lokale ketens vooral via dit soort initiatieven zal blijven doorzetten. 

 

Door Casper Zulim de Swarte, Noud Cochius & Ynske van Zundert